Voeder een vega: Kerst

Ah… kerst.

Eten is natuurlijk niet het belangrijkste aan kerst (dat is de locatie vinden waar ik mijn lange knokige lijf, dat in de 24 uur daarvoor vier of vijf diensten heeft gezongen, comfortabel kan deponeren zonder “prettig klimrek” uit te stralen naar de neefjes en nichtjes). Maar, laten we eerlijk zijn, het scoort hoog. En dan blijkt dat zuslief afgelopen jaar een veganist aan de haak heeft geslagen, of je neef ineens allergisch is voor alles-behalve-plantjes. Geen nood! Er leiden vele wegen naar Rome, waar Rome dan een metafoor is voor een vega in voedselcoma. Ook als je voor de rest met vlees kookt.

Wat algemene tips: alle vega’s realiseren zich dat ze op een gemengd festijn komen, en dat daar ook vlees en zuivel zal zijn. Er is echter vlees en vlees. Als het enigszins kan, sla dan de volledige dieren over (een kalkoen, hele kip, konijn, …). Denk “Flappie” – veganisten hebben dat vaak met ieder beest, en dan helpt het als het niet al te herkenbaar is. Dit is het moment om eindelijk eens die beef wellington te maken!

Verder is eten een bijzonder sociaal gebeuren en zelfs als je volledig vrijwillig vega bent is het naar om al te zeer buiten de groep te vallen (tenzij, zoals ik bij een recent concert meemaakte, de groep het er hartgrondig en expliciet over eens is dat ze liever jouw muesli met sojamelk hadden gehad dan wat de opdrachtgever hen voorzette). Zorg dat de veganist, als er zelf opgeschept kan worden, precies weet wat wel en niet kan en doe er verder niet te expliciet over. (Als de eetgewoonten van één gast het interessantste onderwerp van de avond zijn ontploft er in jouw keuken duidelijk minder dan in de mijne.)

1. Rekruteer

De makkelijkste optie: rekruteer de veganist. Dan kan hij a) controleren dat alles goed gaat (houden ze van) en b) zelf meedenken over de veganistische knallers. Het is handig te onthouden dat je weinig aan veganisten hebt als het om vlees- of zuivelgerechten klaarmaken aankomt, want ze zullen er niet van proeven en hebben er vaak ook de ballen verstand van (iemand vroeg me een keer om te kijken of de speklappen al gaar waren. Dat werd een hilarische uitwisseling over de middellange afstand maar aan het eind waren ze helaas wel aangebrand). Laat de vega’s maar lekker groenten snijden.

2. Verdeel en heers

Ondanks hardnekkige geruchten over het tegengestelde kunnen omnivoren de meeste veganistische gerechten probleemloos eten. En dan dus niet geflambeerde tofu in zeewierwokkels met chiaseed-dressing maar frietjes (van zoete aardappel misschien?). Of gegrilde groenten. Of pompoensoep (serveer het in theekopjes en noem het een “knipoog naar een amuse” of zo).

Om maar aan te geven, veel bijgerechten zijn al bijna veganistisch. Dat gedeelte van de maaltijd kun je delen, terwijl de vleeseters gerustgesteld worden met een of ander vreselijk hoofdgerecht en de vega’s daar bijvoorbeeld een gevulde portobello soldaat maken. Die kunnen ze overigens zelf wel meenemen (dat valt niet onder de voorbehoudens van punt 5).

3. Belazer de boel

Deze vind ik stiekem heel leuk, maar zal geen gast-vega van je eisen (en anders zijn ze stom) want het is meestal ingewikkeld. Essentieel is dat de vega op de hoogte is, en degene bij wie deze hoort ook (die hebben wel eens beschermende neigingen). Je maakt iets geschift lastig vlees-achtigs als dit en halverwege het verorberen zal iemand opkijken en aan de veganist vragen “zeg, was jij niet…” waarop deze knikt en rustig doorsmikkelt. Opperste verwarring! Het is me twee keer gelukt en dat was zeer de moeite waard. Maar je moet er wel zin in hebben.

4. Potluck

Als jij al hebt uitgezocht hoe er zestien mensen in je woonkamer gaan passen en extra rollen WC-papier hebt ingeslagen gaat het wel ver om ook een hele maaltijd in een stijl die je niet gewend bent te koken. Dus laat dat lekker door de gasten doen. Verdeel soep, salade, toetje, en zoveel bijgerechten dat je geen hoofdgerecht meer nodig hebt, leg nog even uit dat kip geen plant is en geef ze een paar linkjes. Iedereen kan wel één gruwelijk lekker gerecht dat toevallig ook veganistisch is vinden. Gevolg: men voelt zich uiterst stoer en de vega kan ineens bij veel meer mensen terecht om bijgemest te worden. Nadeel is wel dat er mensen zijn die gewoon weigeren veganistisch te koken. Verklaar hen tot stom, intolerant en saai (op een feestelijke, gezellige manier natuurlijk) en laat ze de drank meebrengen.

5. Magnetron-momentje

De laatste optie: vraag de veganist zijn eigen eten mee te brengen. Dat zal hij absoluut begrijpen. Ik bied het ook altijd aan. Maar heel eerlijk gezegd? Ik vind het naar! Ik zou veel liever helpen koken of een gerecht voor iedereen meebrengen. Vaak hebben dit soort diners een overkoepelend idee of een samenhang van gerechten (tenminste, bij mij wel) en dat is niet te vervangen door simpelweg eenzelfde aantal gangen maar dan veganistisch. (Verder jat ik graag van de borden van anderen, dus is het leuk als daar ook iets jatbaars op ligt dat niet uitgedroogde garnering is.)

Maar als jouw veganist bijvoorbeeld een control-freak is of al fysiek onpasselijk wordt als hij een kaasschaaf ziet vindt hij dit misschien wel de fijnste oplossing.

Ik hoop dat deze tips, in hun voordehandliggendheid, wat vega’s en omni’s door de kerstdagen heen kunnen helpen. Zelf zie ik met beven en enthousiasme uit naar eerste kerstdag bij de familie Omnivoor. En tweede kerstdag mag mijn familie zich aan mijn genade onderwerpen!

Leave a Reply