Ik stond op de trap naar zolder met mijn gezicht tussen de spijlen van het hekje. “Weet je wát ik zou willen doen?”
“Nou?” zei de huisgenoot, vanaf zijn matje waar hij elke avond zijn zenuwstelsel in de slaapmodus kneedt.
“Pannenkoeken bakken! Voor de mensen die komen lunchen! Dat kan best één of twee dagen van tevoren, toch?”
“Oh, dat is echt een leuk idee!”
We hadden een gedeeld visioen van een tafel met bezoek en een stapel pannenkoeken, hij op zijn matje en ik op mijn trap. Het was een heel fijn moment.
Toen ik een vriendin appte met het idee van pannenkoeken en misschien een andere keer quiche of soep met afbakbroodjes kreeg ik niet een 😃😃😋👍🥞🥞🥞 maar een 🥺💔❤️🩹🫂🫂 wat qua kleurgebruik een stuk leuker is maar qua toon ongeveer het tegenovergestelde van wat ik verwacht had.
“???” vroeg ik.
“Nou gewoon,” zei ze. “Al die voorbereiding. Je kunt niet eens lunch koken en samen opeten op dezelfde dag.”
Dat was voor mij geen nieuws.
“En je hebt een inplanner gemaakt waar je eigen familie een tijdslot moet boeken waarin ze op je verjaardag mogen komen.”
Dat was ook geen nieuws, ik vind dat persoonlijk een van mijn betere ideeën. Wij kunnen niet meer dan twee bezoekers tegelijk aan en dan mogen ze ook nog eens niet door elkaar praten. Dus we hebben in de hele verjaardagsmaand tijdslots open gezet, maximaal twee mensen per keer en minimaal een dag rust tussen de bezoekers in.
“Dat is toch ERG? 😢😢💔”
Ik vind mezelf zielig op drie momenten: 1. als ik misselijk ben of te duizelig om uit m’n bed te kunnen; 2. als ik de driemaandelijkse vragenlijst van het nationale long covid-onderzoek in moet vullen en bij te veel vragen “zeer veel impact” moet selecteren; en 3. als ik iets wil dat niet kan.
Dat laatste is relatief zeldzaam. Over het algemeen heb ik een heel fijnmazig beeld van wat er wel kan en zorg ik ervoor alleen dingen te willen die daar binnen vallen (en een kat). De laatste maand had ik helaas een terugval (zielig categorie 1) waardoor ik bijvoorbeeld niet een van mijn boomers die ook ziek was op kon zoeken (zielig categorie 3), en mijn ploeg gaat weer eens een wedstrijd roeien zonder mij, maar over het algemeen is de frustratie zeer laag. Want de beste remedie tegen long covid is nog altijd je helemaal de moeder mediteren en daarom zijn wij hier thuis het grootste deel van de tijd zo zen als Yoda in z’n moeras, alleen met slechtere zinsbouw (als ik moe ben).
En af en toe krijgen we een idee, zoals “we gaan niet een feestje doen maar de hele maand november drie keer per week lunchen met mensen” en “als ik mijn energiebubbel van een dag besteed aan pannenkoeken of quiche kunnen we de dag erna lunchen met lekkere zelfgemaakte dingen ipv dat we Thuisbezorgd bestellen” en dan zijn we even heel blij. Ongecompliceerd blij. Gewoon blij.
“Maar eigenlijk zou je natuurlijk liever” heeft geen tijdslot geboekt en is dus niet welkom in dit huis.
Deze blog is geschreven over een periode van vier dagen