Luistervoer: Hamilton

Ik werd wakker en was geobsedeerd door een hip-hop/R&B-musical over een Amerikaanse dude uit de pruikentijd.

De New York Times zegt er pijnlijke dingen over als “You might even call history the evening’s D.J., making sure there’s always something to dance to.” De kaartjes kosten vanaf 200 euro en oh ja, hij speelt alleen in New York, dus ik denk niet dat ik ‘m ooit in het echt ga zien. Gelukkig kun je online luisteren. En met Wikipedia ernaast heb je wel genoeg om het verhaal te kunnen volgen.

Wat ik zo geweldig vind aan deze musical is een combinatie van drie dingen: ten eerste is de kwaliteit astronomisch (vooral Angelica kan in één zin een hoeveelheid dingen uitdrukken waarvan ik dacht dat het alleen theoretisch mogelijk was).

Ten tweede geeft het het soort emotionele mep waardoor je het ook leuk vindt als je nooit op school hebt gehad wie die Hamilton nou was (een vriend wordt rivaal! Een seksschandaal! Revolutie! Duels! Driehoeksrelaties van onduidelijke intensiteit!) met als hoogte- of dieptepunt ‘Quiet Uptown’, waarin het karakter Hamilton meer ontwikkeling doormaakt dan je in een doorsnee roman mag verwachten – ervoor is hij een geobsedeerde workaholic met een huwelijk in de kreukels, nu loopt hij pratend tegen zijn dode zoon door de stad, en probeert zijn vrouw door haar rouw heen te helpen. (In het liedje doen ze ook nog een hoop slimme dingen met herhaling van themaatjes eerder uit de musical en zo, maar ook als je de rest niet hebt gehoord is het mooi. Best knap.)

Ten derde, zoals de verteller direct na de tranentrekker van daarnet roept: “Allright, back to politics!” Hamilton was een ‘Founding Father’: hij vocht in de Amerikaanse revolutie en was de eerste minister van financiën van de Verenigde Staten (in het kabinet van Washington). O en hij werd geboren als bastaard op de Caraïben en werd al jong wees. Hij crowdsourcete zijn eigen opleiding en had een beetje last van geldingsdrang.

De ‘Founding Fathers’ worden natuurlijk niet voor niets ‘fathers’ genoemd, wijze heren die we, altijd keurig bepruikt, nog terug kunnen zien op olieverfschilderijen, dollarbiljetten en Mount Rushmore. Maar de Amerikaanse revolutie werd gedragen door dezelfde mensen als alle andere revoluties: met name jonge mannen, twintigers, nogal vol van zichzelf, die tussen het revolutie-en ook elkaar de tent uitvechten. En dat bubbelt ook uit de musical. Persoonlijk vind ik historische figuren zo een stuk leuker dan als ze opgeprikt als dode vlinders achter het glas zitten.

(En soms denk ik, hoeveel verschillen zij uiteindelijk nou van andere revolutionairen, die dan niet voor ‘liberty’ maar iets anders zijn? Maar daar moet je een beetje mee oppassen geloof ik.)

Enfin. Ik ben dus wildenthousiast over rappende gasten met gepoederde pruiken. Als je de Wikipedia-synopsis erbij pakt kun je in Youtube de hele musical op volgorde doorklikken. De moeite waard. Vind ik.

 

Ely: zondag


De dag des Heeren begon voor mij fris en fruitig met een opgewekt en energiek “guhhh” richting de ontbijtgenoten. Dat zag er dus zonnig uit voor de twee diensten van vandaag.

Het is altijd een ervaring om ergens anders de zondagse liturgie te verzorgen. Iedereen doet in grote lijnen hetzelfde, maar de details willen nog wel eens verschillen. De leukste verschillen zijn die van het soort waarvan men op plek X denkt dat iedereen dat altijd zo doet en het dus niet relevant lijkt om dat aan het rondhopkoor te vertellen. Het wil wel eens voorkomen dat er spontaan een processie blijkt te ontspruiten en het gastkoor maar met willekeurige bladmuziek, waarvan ze bij de Heer hopen dat het het goede is, meehobbelt.

Ely heeft echter een fantastisch document voor gastkoren (dat ik in grote mate ga overnemen voor bij ons in de kerk) en we hadden dus zowaar een Eucharistie waarbij iedereen leek te weten wat ‘ie aan het doen was! En alsof dat nog niet genoeg was: ook muzikaal gezien ontstond meerdere keren de indruk dat ieder koorlid dezelfde muziek voor z’n neus had, waarvan een meerderheid niet ondersteboven. (En het “Smile! Smile!” van onze dirigent was makkelijk op te volgen, door het bijzonder hoge “Songs of Praise”-gehalte van de hymnes.)

Na de Eucharistie werden we gefuifd op koffie, thee, appelsap die zo sjiek was dat je ‘m met de pink omhoog moest drinken, en wijn voor degenen die erg veel vertrouwen hadden in de restjes van hun concentratievermogen. Daarna draaiden Natasha en ik onze portemonnees om voor nog een laatste frappucino (als je de ochtend met drie lagen kleren over elkaar hebt doorgebracht is enige verfrissing niet heel erg luxe) en was het best snel alweer tijd voor de repetitie voor Evensong.

We propten onszelf nog een laatste keer min of meer rechtop in de koorbanken, ogen open en gaan! Gelukkig kende ik hier alle stukken erg goed – zelfs het officielied, dat we in Amsterdam vaak zingen. Al zat er natuurlijk een extra mol in om het niet TE makkelijk te maken, en waren er een paar woorden veranderd.

Na Evensong bedankten we de dirigent en organist en, voor de eerste keer dit jaar, de Oppersupporter (Lennart, de zoon van een van onze alten). Er zijn meerdere vrienden en familieleden de hele week bij ons gebleven, en we moeten zeker niet onvermeld laten hoe fijn het is om, als je na de zoveelste repetitie de hete Song School uit stommelt, steeds weer een vriendelijk bekend gezicht te zien. Go supporters!

Nu is het inpakken en wegwezen. Ik pak morgen om 5 uur de trein naar Gatwick. Het idee is dat dat niet interessant genoeg is om over te schrijven (laten we het hopen) en dit is dan ook de laatste aflevering van de Ely-soap. Er volgen nog wel foto’s :) Bedankt voor het meereizen en tot in Nederland!

Sunday 7 August (Eucharist):
Darke in F
Motet: Salvator Mundi – Thomas Tallis

Sunday 7 August (Choral Evensong):
Office Hymn 202
Preces: Rose
Psalm 86
Canticles: Noble in B minor
Anthem: Cantique de Jean Racine – Gabriel Fauré

Ely: zaterdag

Vandaag hebben we, u raadt het niet, gerepeteerd en een dienst gezongen! We hadden wel extra veel vrije tijd. Er was ‘s middags een eucharistieviering (weet niet of ze dat elke zaterdag doen of dat het vanwege Transfiguratie was) en daarna een huwelijk. De bruid was de dochter van de vice-plebaan, een positie die ik als lid van een kerk met celibataire priesters natuurlijk niet op waarde kan schatten.

Toen de canon in D werd ingezet vluchtten we maar weer de song school in.

Onze repetitie-met-orgel-in-de-koorbanken was tijdens het foto’s maken en er zweefden nog aardig wat bruiloftsgasten rond. Dat was wel grappig, in toog tot op de grond tussen de dames in jurkjes met hoedjes en heren in rokkostuum. Je kunt veel zeggen over het modegevoel van Britten, maar ze kunnen in een rokkostuum uitstralen dat ze dat normaal als pyjama dragen, dat heb ik nog geen Nederlander zien doen.

Natasha en ik maakten van de pauzes gebruik om nog wat te winkelen. Ik heb vijf paar sokken aan mijn collectie ironische voetmode kunnen toevoegen. Tot nu toe waren de blauwe glitter luipaardprintsokken het hoogtepunt, maar die zijn echt links en rechts ingehaald. Ik kan ze niet alle vijf paar recht doen in dezelfde blogpost want dan zou het internet imploderen van de glorie, daarom beperk ik me tot het hoogtepunt: lichtblauwe sokken met regenbogen EN glitters EN pailletjes EN onzichtbare lila eenhoorns. Ik kan niet wachten tot we weer eens een lezing over Noach krijgen.

Helaas bleek na dit geweldige moment dat het tijd werd voor het populaire gezelschapsspel “raadt wat Anna heeft gegeten waar ze allergisch voor is”. Ik schroefde mijn verwachtingen voor Evensong omlaag naar niet heel erg vies doen over de alten heen.

Gelukkig helpt zingen enorm tegen misselijkheid, omdat je afgeleid bent en je adem moet reguleren (voor de wagenzieken onder u: zet een muziekje op en kweel mede). Er gebeurden dan ook geen ongelukken, nou ja, op een impromptu sopraancanon in het Magnificat na. En sommigen van ons waren zo overkomen door de Geest dat ze wat extra harmonieën toevoegden in de psalm. Maar al met al kunnen we niet ontevreden zijn: onze dirigent had ons op het hart gedrukt dat het voor ons het eind van de week is, maar voor het goede kerkvolk is het gewoon hun viering en we hebben ze naar ons beste kunnen te bedienen. Ik ben best trots op mijn koorgenoten dat ze ondanks de vermoeidheid er weer vol stonden. (Ceterum censeo dat de anthem van vandaag suf is, maar je kunt niet elke dag Purcell zingen. Of zo.)

Na de Evensong verspreidden we ons weer naar de verschillende eetgelegenheden. Ik genoot van noedels-zonder-saus, bleekselderij met hummus en rijstwafels (niet zo jaloers doen).

Vandaag maar vroeg naar bed, want morgen moeten we nog even aan de mensen die alleen op zondag naar de kerk gaan laten horen dat hun organist niet zomaar iedereen de koorbanken in laat klauteren.

Saturday 6 August (Transfiguration):
Office hymn 323
Preces: Rose
Psalm 72
Canticles: William S. Lloyd Webber in E minor
Anthem: Christ whose glory fills the sky – Harold Darke
Closing hymn: It’s good, Lord, to be here (with descant)

UPDATE
Mijn sokken vallen in het niet bij die van Natasha, want die hebben staarten. En tenor Henk meldt dat de eucharistie van vandaag inderdaad was omdat het een feestdag was. Om even deze belangrijke nieuwsfeiten niet onvermeld te laten ;)

Ely: vrijdag

Vandaag sliep ik bruut tot acht uur uit terwijl Natasha zich in de voordat-het-druk-wordt-kathedraal bezighield met foto’s maken. (Er lopen hier verbazingwekkend veel toeristen rond, maar het is dan ook echt een prachtig gebouw.) Toen was het al snel tijd voor de ochtendrepetitie, alwaar ik de verzamelde troep van vier dagen repeteren uit mijn stukje lessenaar mocht harken om te verhuizen naar de overkant.

Ik bof nogal, want eerst stond ik op de hoek (en dus voorop in de processie), nu sta ik naast de alten en ben daardoor de middelste in de rij. Precies op tijd om aan al het ingewikkelde processie-gedoe te ontsnappen. Arme Natasha is daarentegen van middelste naar de hoek gegaan, en mag dus de nieuwe routes gaan onthouden. Daar begonnen we gelijk vandaag al mee, want op vrijdag is Evensong in de “Lady Chapel”. Dit is een met de kathedraal verbonden losse kapel waar sommige kerkjes waar ik heb gezongen prima in zouden passen. Enorm, rechthoekig, gigantische ramen, en dus een fantastische akoestiek EN onomstotelijk bewijs dat ze ook in de 14e eeuw al prima wisten hoe een broeikas werkt.

De Lady Chapel bevat een (zeer modern, mooi) altaar, een (zeer modern, angstaanjagend) Mariabeeld, een miniscuul orgeltje, en verder niks. Het goede kerkvolk zat in alkoofjes langs de muren en wij op klapstoeltjes. Die zaten op zich erg fijn, maar ik ben er voor mezelf wel uit dat zo’n koorbank met vaste lessenaar waar je je erg effectief achter kan verstoppen toch te prefereren is.

Daarnaast zijn de koorbanken verhoogd. De gelijke stahoogte in combinatie met mijn nieuwe positie in het midden in plaats van op de hoek had als gevolg dat de heren zangers zich opsplitsen in tenoren en bassen (in beide koren, voor de symmetrie) met een gat ertussen. Dat was natuurlijk niet eerlijk, dat zij zoveel moeite moesten doen en wij niet, dus deden de dames voor de eerste lezing een stoelendans waarbij er links een stoel overbleef en rechts een te weinig was. Dit hebben we natuurlijk met volkomen serene gezichten opgelost.

Muzikaal gezien was vandaag een uitdaging. De opstelling was anders dan anders, het was ontzettend lastig om het andere koor te horen en we hadden een secondenlange echo – alsof je piano speelt met het pedaal ingedrukt. Maar we deden wel erg mooie stukken, en ik vond het leuk om eens tweede sopraan te zingen.

Na Evensong hadden we een repetitie voor Lastige Processie Nummer Twee: voor de viering op zondagochtend. Die doen we ook niet op onze vaste plek in de koorbanken, maar midden in de kerk. Natasha en ik klauterden tussendoor nog even naar het orgel om te zien hoe de organist met een joystick de video-camera op de andere sta-plek van de dirigent richtte (gelukkig is niet alles hier elfde-eeuws). Het zingen in “the octagon”, onder de achthoekige koepel, vond ik erg leuk, omdat je daarbij het glorieuze middenschip in kijkt.

Toen we deze vierde repetitie van de dag tot voldoening van de dirigent hadden volbracht werden we ZEER uitgebreid beloond: een van de aan de kathedraal verbonden priesters heeft een tijdje de Anglicaanse gemeente in Haarlem bediend, en kent daardoor veel koorleden. Zijn vrouw en hij hadden daarom het HELE KOOR plus aanwezige partners uitgenodigd voor een hapje en een drankje (inclusief een vega-hapje voor uw correspondent). Daarmee zetten we ons in hun prachtige, zeer Engelse tuin (sommige cliche’s zijn gewoon waar) en kletsten met deze en gene tot het donker was.

Friday 5 August (Eve of Transfiguration in Lady Chapel):
Office Hymn 323
Preces: Smith 5 part
Psalms: 99 & 110
Canticles: Purcell in G minor
Anthem: Justorum animae – Gabriel Jackson

Ely: donderdag

Vandaag stond er geen gezongen Evensong op het programma, en ook geen repetities. Toch meldden Natasha, tenor Henk en ik ons om half acht in de kathedraal. Er is daar namelijk elke ochtend ochtendgebed en dat wilden we graag meemaken.

Ochtendgebed is in de Anglicaanse kerk de tegenhanger van Evensong en heeft dezelfde structuur, maar dan met andere vaste teksten. De oplettende lezer heeft misschien gezien dat de psalmnummers die we zingen oplopen, maar met gaten er tussen: de tussenliggende psalmen worden gebeden in het ochtendgebed. Deze dienst kan net als Evensong gesproken of gezongen worden. Hier in de kathedraal werd het gesproken, in een klein zijkappelletje. Het was een mooi dienstje. In alle rust en met drie psalmen waren we in 20 minuten klaar.

Ik vind het mooi dat in een stad maatje dorp als Ely gewoon elke dag drie of meer diensten worden verzorgd. De priester schudde iedereen de hand en kende de meesten bij naam. En dan is het hoppa, door naar de werkdag! (Of het door naar het ontbijt, waar ik nog een compliment ontving omdat ik zo elegant kan niezen. WINNAR.)

Voor mij bestond die werkdag uit een beetje natuurkunde zodat wij het komend academisch jaar fris en fruitig beginnen, en het studeren van mijn partijen. Net als vorig jaar steek ik namelijk de Rubicon over (nou ja het middenpad). Naar Engelse traditie staat ons koor in twee helften opgesteld, die elkaar aankijken, loodrecht op de lijn altaar-kerkdeuren. Als we muziek zingen met bijvoorbeeld twee sopraanpartijen (of meer) bepaalt de kant waar je aan staat welke partij je zingt, en bij de psalmen wisselen de kanten elkaar vers voor vers af. En voor het goede stereo-effect wil je natuurlijk dat de beide kanten ongeveer op dezelfde manier zingen.

Nu is er gister een sopraan aan de overkant vertrokken, en komt er morgen aan “onze” kant een alt bij, daarom steken Natasha en ik gezamelijk over. Wat betekent dat het gedoe van onderlinge balans vinden weer een beetje opnieuw begint, maar hopelijk minder dan aan het begin van de week! En daarnaast moet ik dus een paar lijntjes stampen omdat ik zoals eerder opgemerkt meestal uit m’n hoofd zing, en dus gedachteloos de andere partij zou gaan brullen. Niet het plan. Dus huiswerk (of nou ja, song school-werk). In het geheel niet erg want het is hier, bij uitzondering, snertweer.